het domste idee ter wereld
Een gezonde koe moet twee keer per dag gemolken worden en dan heb je al meer melk dan je zelf op kunt. Wil je iets meer melk, dan kun je zorgen dat het voer en alle andere condities optimaal zijn; waaronder het welbevinden van de koe. Nóg meer melk zit er niet in. Tenzij je meer koeien neemt. Dan geldt per koe dit uitgangspunt. Tot het aantal koeien vraagt om (veel) nieuwe investeringen, meer land, grotere bedrijfspanden, personeel, materiëel, automatisering, goedkoper voer. Dan ligt de stap naar aandeelhouders voor de hand. Bij veel bedrijven gaat dat van nature ongeveer het zelfde.
Nu ben ik geen econoom, verre van, ik ben evenmin een financieel expert, maar ik gebruik mijn gebrek aan kennis op dit vlak om een uitweg te vinden uit de impasse van het piramidespel dat staat voor voortdurende groei van winst en shareholders value; in een artikel van Steve Denning op Forbes “the dumbest idea in the world” genoemd. Zo dom ben ik dus ook weer niet als ik zeg dat ik deze manier van denken ten gunste van aandeelhouders zijn langste tijd gehad heeft. Dat mogen we hopen.
Het heeft mij verbaasd dat ten tijde van het klappen van de internet-zeepbel veel bedrijven, entrepreneurs en werknemers verweten werd dat ze te gretig waren. Hoewel ook de beursgang en de inhaligheid van investeerders gehekeld werd. Maar ik was met stomheid geslagen toen de banken crisis kwam en de aandeelhouders buiten schot bleven. Natuurlijk, de banken moeten niet overijverig zijn, niet beleggen in windhandel en geen lucht verkopen. De consument moet die lucht niet willen kopen in nieuwe zeepbellen. Dat was echter niet gebeurd, denk ik, als de noodzaak tot voortdurende winstgroei niet zo groot was geweest.
En nu is het tijd voor maatschappelijk verantwoord ondernemen. O wacht, dat is waar ook, dat deden we allang.
Dan is het tijd voor een andere kijk op waarde: beste consument, beste ondernemer, er is meer waarde dan geld alleen. Zoals maatschappelijke waarde, altruïsme, zingeving en dus gaan we doen aan societal marketing!
Daar doe ik zelf enthousiast aan mee. Want ik geloof erin. Ik vind het bijvoorbeeld belangrijk dat een Volksuniversiteit zich niet alleen richt op de plaatselijke bevolking als het om cursusaanbod gaat, maar bijvoorbeeld ook de doelstellingen van Unesco ondersteunt. Omdat het past bij de eigen doelstellingen, omdat de eigen doelstellingen daar min of meer toe dwingen. Omdat dit een meerwaarde biedt voor zowel de cursusleiders als de cursisten. Dat biedt die plaatselijke bevolking de keuze: een goedkope cursus bij een buurthuis, of een iets duurdere cursus bij de Volksuniversiteit en daarmee bijdragen aan een betere wereld. Het kan de cursus inhoudelijk ook sterker maken, en de Volksuniversiteit als organisatie niet alleen een beter profiel geven, maar ook gezelliger maken als ze thema-avonden gaan organiseren. Bovendien biedt het de mogelijkheid van PR, een verhaal dat ergens over gaat. Ik heb het voorgesteld aan de Volksuniversiteit in Helmond, toen we het hadden over social media. Daar kan namelijk een win-win situatie ontstaan: engagement + betrokkenheid. Maar win-win is nog geen winstgroei.
Op mijn klompen voel ik aan dat het tijd is om de oerdomme idee van voortdurende en exponentiële winstgroei aan de wilgen te hangen. Niet dat ik het aandeelhouderschap zou willen afschaffen en niet dat ik anderen hun risico en geluk misgun. Integendeel, we zouden een sombere en saaie wereld tegemoet gaan als er geen diversiteit en geen verschil zou zijn (die zijn immers niet het zelfde). Wel pleit ik voor een humaan, sociaal en solidair aandeelhouderschap. Zoals we dat zien bij sommige microkredieten, zoals we dat zien bij crowdfunding, bij fair-trade, bij coöperaties en verenigingen.
Het is tijd om die winstmaximalisatie en het adagium van economische groei uit te faseren. Omdat het in een mondiale gedachte niet meer kan. Straks zijn er geen arme landen meer die goedkope arbeid leveren, zijn er geen post-koloniale naties meer die hun grondstoffen bijna voor nop laten weghalen. Dat zou tenminste zo moeten zijn. Roofbouw leidt uiteindelijk tot magere melk en een woestijn. En het zorgt voor een verlies aan kennis en kunde. In het artikel op Forbes wordt hier ook over gesproken, in de zin dat het voor een natie gevaarlijk is om teveel te outsourcen, omdat je dan zelf uiteindelijk niets meer kan. Op mondiaal niveau zou je echter kunnen spreken van de wet van het behoud van kennis, is het niet bij jou, dan wel elders in de wereld te vinden. Volgens mij is het daarom vooral van belang dat we de kennis blijven delen en goed verspreiden. dan kan er namelijk wisselwerking en (dus) innovatie blijven bestaan. Die hebben we nodig om te voorkomen dat we van de wereld een woestenij maken. Dus moeten we beter leren samenwerken. Een artikel op Forbes van Jacob Morgan gaat over de ‘12 Habits of Highly Collaborative Organizations‘, het lezen en overwegen waard.
Overigens waren veel boeren lange tijd ‘aandeelhouders’ in coöperatieve melkfabrieken, met hoopvol stemmende namen als ‘De Goede Verwachting’. Door niet ieder voor zich melk te bewaren en te bewerken tot producten als boter en kaas en niet ieder een eigen winkel (en marketing) erop na te houden, konden ze niet alleen gezamenlijk profiteren van betere (stoom)machines, infrastructuur en marketing, maar ook elkaar bijstaan als de tijden wat minder waren. Toen die coöperaties langzaamaan verdwenen, hadden ze misschien hun langste tijd gehad. Mijn vader vestigde zijn transportbedrijf in zo’n oude melkfabriek. En ik geloof niet dat je de tijd terug moet of kunt draaien. Ik geloof al helemaal niet dat je dit uit nostalgische overwegingen of heimwee naar een ‘overzichtelijke wereld’ moet doen. dat is jezelf en de rest van de wereld voor de gek houden.
Ik geloof er wel in dat we een humanere en meer solidaire wereld kunnen creëren door aan zoiets als een coöperatie een nieuwe impuls te geven. De stoommachine heeft ook verschillende stadia van ontwikkeling gekend en een deel van die technologie zal mettertijd opnieuw toegepast worden, in combinatie met andere technologie, productieprocessen en (maatschappelijke) noodzaak.
Nu we social media hebben en een wereldwijd netwerk, kunnen we een nieuwe impuls geven aan de coöperatieve gedachte. Dat doen we in feite allang. Is het dan tijd om dit op te schalen naar multinationals, in plaats van de koeien uit te melken tot ze erbij neervallen?
cc image melkkoe: Compassion in World Farming