We media en filters
In zaal c104 van de Hogeschool van Amsterdam waren de aanwezigen op twee handen te tellen bij een lezing die gegeven werd door Martijn de Waal van De Nieuwe Reporter. Dat was op zichzelf al vreemd, want Martijn de Waal heeft doorgaans wel iets te vertellen. Nog vreemder vond ik het dat er vrijwel geen studenten bij waren. In een tijdbestek van een uur schetste Martijn de ontwikkelingen op het gebied van Web2.0, user generated content en de nieuwe (burger) journalistiek.
Daarbij bracht hij in zijn verhaal een tweedeling aan tussen 1. convergentie van lezers en schrijvers met als subtitel: “We media” en 2. convergentie van informatie en communicatie: “Filters”. tijdsbesteding Bij de eerste noemde hij bijvoorbeeld fanfiction.net, waar fans o.a. zelfgeschreven nieuwe afleveringen van hun favoriete tv serie kunnen plaatsen. Die kende ik nog niet. verder vertelde hij dat dat deze content van gebruikers vooral op het gebied van tijdsbesteding een concurrent van de traditionele media gaat zijn. Immers, iemand die per dag een uur besteedt aan webloggen, of reviews schrijven, of eigen filmpjes online zetten, besteedt die tijd niet aan het lezen van de krat of het kijken naar televisie. Een ontwikkeling waar de traditionele media best een mogelijkheid van kunen maken.
institutionalisering Vervolgens had Martijn het over de institutionalisering die optreedt in de nieuwe (gebruikers-) media. Als voorbeeld gaf hij het Koreaanse Ohmynews, dat kon uitgroeien tot het succes van 20 tot 30.000 lezers die berichten insturen, omdat de traditionele media in dat land gedomineerd werden door conservatieven, waardoor er ruimte was voor een ander geluid. Deze burgerjournalistiek wordt echter wel geredigeerd door betaalde medewerkers. Verder noemde hij bij wijze van institutionalisering nog de wikipedia (ordening door systeem van hierarchisch aangestelde autoriteit) en sites als tweakers.com en plastic.com, waar commentaar een cijfer krijgt. Voor het laatste is echter wel een kritische massa nodig. Een van de toehoorders vond dat er in plaats van over institutionalisering te spreken, beter gesproken kon worden van aggregatiemethoden. Dat vond Martijn ook prima.
tussenpersonen Onder de noemer tussenpersonen besprak martijn in het kort een paar collectieven van/voor webloggers als blogo.nl (deel je passie) en dutch directions (bundeling van kwaliteit), die min of meer optreden als keurmerk. In de VS is er bijvoorbeeld Blogburst, dat nog een stapje verder gaat en opereert als een soort ANP voor bloggers en voor kranten. De puntenwaardering van de geselecteerde weblogs wordt doorgestuurd naar “traditionele” kranten, die op deze manier hun voordeel kunnen doen met content uit de blogosfeer zonder direct weblogs te hoeven incorporeren in hun eigen domein.
cijfers Daarna liet Martijn interessante grafieken zien, die onder meer inzichtelijk maken welke verschuivingen er optreden op het gebied van aandacht voor verschillende nieuws- en informatiebronnen. Voorbeelden zijn Alexia en technorati. Tot slot toonde Martijn een schema waar volgens hem communicatiespecialisten zo van houden. In het schema toonde hoij de stromen en invloeden van gebeurtenissen/nieuwsmakers van/naar journalisten van/naar publiek en omtrekkende bewegingen die ontstaan. Dit gaf de brug naar de filters. Over de filters wil ik een volgende keer nog een verslag maken. Het fijne van een lezing als deze is dat het een overzicht biedt en via het overzicht gaandeweg weer nieuwe inzichten, verbanden en dus context. Dit zou pas goed tot z’n recht zijn gekomen als een zaal vol studenten zich er tegenaan had bemoeid. Helaas was dat niet het geval.
2 Replies to “We media en filters”
Theo,
dank voor het verslag!
Wat ik bedoel met institutionalisering is dat er processen op gang aan het komen zijn in de blogosphere/ internet waarin de informatie volgens bepaalde regels geordend gaat worden. Dat geberut soms binnen websites, zoals het ratingsysteem van Slashdot of Tweakers, waarbij lezers en schrijvers elkaars bijdragen beoordelen zodat de meest relevante informatie vanzelf boven zou komen drijven. Op andere plekken ontstaan er intstituties als extra ordenende laag op het informatielandschap: diensten die het internet opnieuw ordenen. Dat kan met algoritmes, of juist via persoonlijke ratingssystemen of via combinaties daarvan. Denk aan diensten als Google News, Digg, Newsvine, etc. etc.
Het verschil tussen deze netwerkinstituties en de traditionele instituties (zoals bijvoorbeeld kranten of bibliotheken) is de organisatiestructuur. Oude instituties zijn over het algemeen hierarchisch van aard, de nieuwe instituties hebben een netwerk-achtig karakter, waarbij hierarchie overigens niet helemaal uitgesloten hoeft te zijn.
Theo,
dank voor het verslag!
Wat ik bedoel met institutionalisering is dat er processen op gang aan het komen zijn in de blogosphere/ internet waarin de informatie volgens bepaalde regels geordend gaat worden. Dat geberut soms binnen websites, zoals het ratingsysteem van Slashdot of Tweakers, waarbij lezers en schrijvers elkaars bijdragen beoordelen zodat de meest relevante informatie vanzelf boven zou komen drijven. Op andere plekken ontstaan er intstituties als extra ordenende laag op het informatielandschap: diensten die het internet opnieuw ordenen. Dat kan met algoritmes, of juist via persoonlijke ratingssystemen of via combinaties daarvan. Denk aan diensten als Google News, Digg, Newsvine, etc. etc.
Het verschil tussen deze netwerkinstituties en de traditionele instituties (zoals bijvoorbeeld kranten of bibliotheken) is de organisatiestructuur. Oude instituties zijn over het algemeen hierarchisch van aard, de nieuwe instituties hebben een netwerk-achtig karakter, waarbij hierarchie overigens niet helemaal uitgesloten hoeft te zijn.