Dialoog met het hart
voor Jan Daalman
Je mailde: “? ? ? ? ? ? ? ?
Er is geen zucht die helpt.”
Met dit levensteken maakte je me zielsgelukkig
Kwam het uit een intensive care? Bij jou thuis vandaan?
Niemand anders kan met zoveel suspense en zo bondig
vragen vertellen; je bent de oerknal van de poëzie.
Er is veel in jou dat ik nog ervaren wil.
Zucht maar als dat oplucht, dan laat ik stil
de wieken van mijn gemoed draaien
om op volle toeren naar je toe te waaien
Er is onnodig veel tijd verloren
gegaan. Jouw vraagtekens vormen mijn oren.
Jouw antwoord was een appel uit Alma Ata
waar alle variëteiten ter wereld in vervat zijn,
je zei: “Zoals zielen zien en zagen,
Zoals dat halve woord.
Hoe gemakkelijk het is gehoord.
Gek dat ik je heb gemist en het niet wist.”
Het is als de meest nabije zee die ik zelden
bezoek, die ik links laat liggen wanneer mn kompas
stellig naar het Noorden wijst, omdat ik vermoed
op koers te zijn, gerust dat de getijden oneindig voortduren.
Zeker weten doe ik het niet, nooit
omdat ik daar niet in geloof. Nee,
dan de zee, zo waar als wat totdat
de maan haar adem inhoudt en zelfs
de vloed nog wegebt naar onwetendheid
niet te vatten voor tijden, totdat ik
ongerust door een gerucht het duin over
en nog een, klim, daal, schrik, het strand
zich uitstrekkend tot de einder als gezichtsbedrog
beschouw, zie, m’n kompas tolt en rolt
opeens de tijd als een dolle af, de wekker gaat
ik schrik nog eens maar dan wakker, alles
wat ik weet is dat ik verder weg was dan ooit
van wat mij nabij was, omdat ik geloofde
dat mijn kompas tegen de wijzers van de klok
terugwijzen zou in de tijd wanneer mij dat lief was.
Je hebt het kort gezegd
dat geloof ik maar al te graag.
Voor mijn ziel pakte ik een zaag
de helft heb ik voor je klaar gelegd.